Je moet van je huis geen bunker maken

Een inbraak in je woning is verschrikkelijk. Helaas gebeuren er steeds meer inbraken in Vlaanderen. En tijdens de donkere wintermaanden zijn criminele bendes nog actiever. Laat die net nu aanbreken... 

“De mannen grepen me brutaal vast en stampten tegen mijn knie die net geopereerd was. Zo kon één van hen naar het woongedeelte sluipen om waardevolle dingen te zoeken. Opeens waren ze weg, mét mijn juwelen. Verschrikkelijk natuurlijk, maar veel erger is hoe slecht ik me mentaal voel nu.” Aan het woord is Arlette Thijs (†) uit Paal, die afgelopen zomer al voor de negentiende keer het slachtoffer werd van inbraak. De bende kon haar woning binnendringen via het krantenwinkeltje dat ze uitbaat.
Een inbraak bij je thuis kan erg ingrijpend zijn. Zelfs als daar geen geweld bij wordt gepleegd. En helaas is Thijs niet de enige. Sterker nog. De kans op een woninginbraak is de laatste vijf jaar sterk gestegen. Vorig jaar noteerde de Federale Politie een totaal van 75.123 wooninbraken. 5 jaar geleden waren het er ‘slechts’ 58.110.
Vaak denken we dat het vooral (buitenlandse) rondtrekkende bendes zijn die ons huis binnendringen. Maar dat klopt niet. Volgens korpschef Dirk Van Aerschot van de politiezone Geel-Laakdal-Meerhout gaat het in drie vierde van de gevallen om daders die binnen de tien kilometer wonen. “Dat zijn vaak mensen die plots geld nodig hebben. Het kan gebeuren dat iemand van je ‘vrienden’ op Facebook leest dat je niet thuis bent, en zijn kans ziet om in te breken. Of hij waagt zijn kans tijdens dorpsevenementen of begrafenissen of geboortes. Vandaar dat ze in het ziekenhuis vaak de adressen op de geboortekaartjes niet meer vermelden. Anders weten inbrekers meteen dat er daar niemand thuis is.”
Gelukkig kunnen sommige woninginbraken gemakkelijk vermeden worden. Toch vindt de politie het soms moeilijk om mensen aan te zetten om preventief iets te doen tegen inbraak. Daarom zet de politie ook burgers in, die na een opleiding vrijwillig preventief advies geven. Eric Derbaix uit Laakdal is één van hen. Bij hem probeerden ze al twee keer in te breken en hij wil anderen daarvoor waarschuwen.

“Heel simpel zijn de organisatorische maatregelen. Denk bijvoorbeeld eens over wie allemaal een sleutel heeft van je deuren. En bewaren ze die wel op een veilige plaats?” Ook een inventarisatie opmaken van alle waardevolle spullen, is een gouden tip. “Schrijf al die dingen op, liefst met een foto of beschrijving erbij. Wees wel zo slim om die lijst niet op je computer te zetten. Want die kunnen ze stelen en dan weten de dieven meteen wat je allemaal in huis hebt. Zo’n lijst maakt het voor de politie ook gemakkelijker om je spullen terug te bezorgen.”
Laat verder geen ladders rondslingeren in de tuin. Leg je centen en juwelen niet op dezelfde plaats, installeer een automatische lichtschakelaar en sluit steeds alle ramen en deuren bij afwezigheid. Ook op de bovenverdieping! Ga je op reis? Geef je huis dan een bewoonde indruk. Laat iemand de brievenbus leegmaken en de rolluiken geregeld naar boven doen.

Het zijn voor de hand liggende tips, maar ze maken het verschil. ‘Professionele bendes zal je zelden kunnen stoppen’ Korpschef Van Aerschot: “De gemiddelde tijd die een inbreker nodig heeft om de hele klus te klaren, is vijf minuten. Een uitstekend slachtoffer is bijvoorbeeld een mama die de kinderen ‘eventjes’ van school haalt en niet alle ramen sluit. Je moet het de inbreker zo moeilijk mogelijk maken. Als hij niet binnen de drie minuten binnengeraakt, probeert hij het bij de buren.”
Meestal zijn het zelfs maar enkele seconden waarin de inbreker kan inschatten of hij een van je deuren of ramen kan forceren. De meest gebruikte inbraakmaterialen zijn een koevoet, een boormachine en een schroevendraaier. Goede sloten, nee, de beste (sterkste) sloten zijn dus een must.

Dat weet Erwin de Koster van Inbraaksafe goed. “Belangrijk is dat het beslag conisch is en er geen montageschroeven op zichtbaar zijn. Verder investeer je best in een hoogste veiligheidscilinder of laat je een aanboorbeveiliging installeren. Want er zijn vele verschillende manieren (9 manieren zonder uw sleutel) om die te forceren.” En wat met het aloude beveiligingscliché, de hond? “Het kan helpen”, denkt Van Aerschot. “Maar tegenwoordig bestaan er apps waarmee inbrekers hoge tonen verspreiden die de hond wegjagen. Professionele bendes zul je zelden of nooit stoppen. Maar je moet van je huis ook geen bunker maken. De beste/sterkste sloten en gezond verstand kunnen al veel doen.”

Bron: Wouters Greet
Copy: Inbraaksafe